Berghege, ds. Jan (1828-1901)
een vrijzinnig dominee, rederijker en alcoholbestrijder
De familie Berghege is van oorsprong een boerenfamilie uit Zutphen. Uit het feit dat twee zonen van landbouwer Evert Jan Berghege konden studeren, namelijk Jan (1828-1901) en Hendrik Berghege (1842-1871), blijkt dat de familie tot de welgestelden behoorde. In 1857 werd dominee Jan Berghege aangesteld te Haaksbergen, en een aantal jaren later werd zijn broer Hendrik benoemd tot geneesheer aldaar.
Dominee Jan Berghege (1828-1901) was sinds de oprichting in 1866 ook lid van de rederijkerskamer De Vijfhoek in Haaksbergen. In de tweede helft van de 19e eeuw was er sprake van een ware bloei van rederijkerskamers, verwante reciteergezelschappen en toneelverenigingen. In het logement van Morssinkhof (huidige locatie: Markt 8) werden ook zeer regelmatig voordrachten gehouden door dominee Berghege. Hij was een liefhebber van de dichtbundel ‘De Schepping’ van dichter-dominee J.J.L. ten Kate, waarin Ten Kate trachtte Bijbelse en natuurwetenschappelijke standpunten met elkaar in overeenstemming te brengen. Ds. Berghege droeg ook werken van de dichter-dominees Nicolaas Beets en Johannes Petrus Hasebroek met liefde en toewijding voor. Af en toe ging de voordracht van het gedicht gepaard met een achtergrondschets door de dominee.

(coll. RKD)
Dominee Berghege en het merendeel van zijn kerkgangers behoorden tot de ‘modernen’, een vrijzinnige stroming binnen de Nederlands-Hervormde Kerk. Hij stond meer dan dertig jaar op de kansel in Haaksbergen (1857-1889) en was, volgens een krantenbericht, ‘een zeer geziene persoonlijkheid, rechtvaardig bovenal’.i
Tijdens zijn leven zag hij de alcoholconsumptie in Nederland, na een periode van daling, zorgwekkend stijgen. Destijds maakte men zich niet zoveel zorgen over het gebruik van bier (‘want dat was voedzaam en een goed alternatief bij gebrek aan schoon drinkwater’ii) en wijn (dat was voor de elite ‘en die wist zich altijd wel beschaafd te gedragen’iii). De sterke drank, zoals jenever, was echter de reden van bezorgdheid omdat veel Nederlanders het nuttigden om te ontsnappen aan het zware bestaan. Berghege maakte in 1880 deel uit van de Commissie voor het Volkspetitionnement ‘om wettelijke maatregelen te verkrijgen tot beteugeling van het misbruik van sterken drank’.iv In het totaal maakten dertien mannen uit Haaksbergen en Buurse deel uit van die commissie, waaronder pastoor Wiegink, fabrikant Willem H. Jordaan, koopman H.J. Smits en wethouders Dievelaar en Eysink.
De dominee woonde met zijn gezin in de oude pastorie aan de Markt in Haaksbergen. In de eerste helft van de zeventiende eeuw woonde daar de eerste dominee van Haaksbergen, de heer Broekhuizen. Aanvankelijk was hij pastoor, maar hij ging tijdens de Reformatie over op de nieuwe leer. Volgens een oud volksverhaal las hij ’s ochtends nog de katholieke mis voor en preekte hij diezelfde avond voor de hervormden. Als straf vond Broekhuizen na zijn dood geen rust. Hij moest een kolkje in de tuin van de hervormde pastorie leegscheppen en ’s nachts spookte hij rond in de pastorie. Daarom wilde dominee Berghege daar niet langer wonen en liet hij de pastorie afbreken en verder naar voren opnieuw opbouwen. Sindsdien is de spookverschijning nooit meer waargenomen…v

(Archief Twentse Textielfamilies)
In het begin van 1889 werd dominee Berghege beroepen naar Beuningen, waar hij nog zeven jaar op de kansel stond. Hij leed aan suikerziekte en kon daardoor niet langer zijn herderschap uitoefenen. In 1896 ging hij met emeritaat. De emeritus-dominee Berghege vestigde zich vervolgens met zijn echtgenote in De Bilt, waar ze respectievelijk in 1901 en 1899 overleden. Ze werden echter begraven op de particuliere begraafplaats in Haaksbergen, in de vierde rij van links. Hun gedenktekens zijn in de loop der tijd verdwenen.

(auteur: Derk Jordaan HJNzn, 2023)
iProvinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, 30 juni 1938
iihttps://geografie.nl/artikel/sterke-drank, 2023
iiihttps://geografie.nl/artikel/sterke-drank, 2023
ivTubantia, 17 januari 1880
vD. Jordaan JGHzn, “Begin der reformatie in Haaksbergen”, in: Historie der Kerken van Haaksbergen, 1973
