Jordaan, Joost Hendrik (1926-1980)
Spitfire-piloot en ondernemer
Joost Hendrik Jordaan werd op 7 april 1926 geboren op huize De Bleeck in Haaksbergen als jongste kind van Gerhard en Diens Jordaan-Stroink. Hij werd vernoemd naar stamvader Jost Henrich Jordan (1698-1745), die als kwartiermeester in dienst van het Hessische leger naar Nederland was gekomen. Hij trouwde met de dochter van een linnenkoopman uit Haaksbergen, waarna ook de nazaten Jordaan zich in de textielhandel bekwaamden. Ook voor Joost Jordaan lag een toekomst in de textiel voor de hand, al werd dit echter ruw verstoord door de Tweede Wereldoorlog. Aan het einde van de oorlog vernam hij de tragische dood van zijn oudere broer Han Jordaan (1918-1945), die kort daarvoor als gearresteerd geheim agent was omgekomen in concentratiekamp Mauthausen. Joost trad in de avontuurlijke voetsporen van zijn dappere broer en meldde zich in 1945 aan voor een opleiding tot piloot bij de Royal Air Force in Engeland.
Joost werd piloot op het beste jachtvliegtuig van zijn tijd: de Spitfire. De snelheid, kracht en wendbaarheid maakten dit toestel eerder de schrik van de Duitse Luftwaffe. In 1946 werd een ‘Spitfire Squadron’ opgericht op vliegveld Twente, met als bestemming Nederlands-Indië. Tussen 1947 en 1949 werd Joost als Spitfire-piloot uitgezonden naar Indië en was daar betrokken bij de eerste en tweede politionele acties. In 1949 keerde Joost terug naar Nederland en richtte zich op een loopbaan in de textiel.
In 1949 werkte de 23-jarige Joost als volontair bij de Tilburgse wollenstoffenfabriek L.E. van den Bergh. De link met dat bedrijf werd gelegd via zijn nicht C.F. ‘Tien’ Nieveen-Jordaan (1923-2003), wiens schoonvader de directeur was. Bij Van den Bergh sloeg de vonk over tussen Joost en de 19-jarige Betske Meindersma. Zij studeerde economie aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en verdiepte zich voor haar studie in de statistieken van de firma L.E. van den Bergh. Op 5 februari 1952 werd de liefde bekroond met een huwelijk in haar woonplaats Den Haag.
Inmiddels was Joost mededirecteur geworden van de N.V. Hollandsche Wolweverij en -ververij v/h Hulshoff Pol & Co in Hengelo (Ov.). Zijn vader, J.G.H. ‘Gerhard’ Jordaan (1888-1951), was jarenlang president-commissaris van dat bedrijf geweest en de aandelen in het bedrijf waren na diens overlijden overgegaan op Joost en zijn zuster G.A. ‘Gerta’ Vos-Jordaan (1922-2011). Joost was de commerciële man van het bedrijf en zijn zwager, mededirecteur Marius K.H. Vos (1919-1994), was de technische man. Boven de Nederlandse textielindustrie trokken al vlug donkere wolken samen en veel bedrijven werden daardoor genoodzaakt nauwe samenwerkingsverbanden aan te gaan. Dit gold ook voor de N.V. Hollandsche Wolweverij- en ververij; het bedrijf werkte nauw samen met de Koninklijke Wollendekenfabriek Zaalberg & Zoon uit Leiden. In 1962 volgde een fusie van de twee bedrijven. Nadat in 1964 het bedrijf in Hengelo alsnog werd afgestoten, zocht Joost een andere betrekking…
De inmiddels 39-jarige Joost stichtte in 1965 samen met zijn oudere broer Herman Jordaan (1916-1974) de firma Jordaan’s Twentse Exploitatie Maatschappij: JOTEM B.V. Joost werd directeur en Herman bleef als president-commissaris en adviseur betrokken. De vennootschap stelde zich aanvankelijk tot doel om de exploitatie en handel in zelfbedieningsapparatuur te bevorderen. Met name de verkoop van apparaten voor autowasstraten bleek een groot succes. Daarvoor was waterontkalking nodig en de firma werkte samen met het Amerikaanse bedrijf Bruner. JOTEM B.V. richtte zich als vertegenwoordiger van Bruner voornamelijk op waterzuivering en ontwikkelde verschillende installaties die werden afgenomen door onder andere textielbedrijven en bierbrouwerijen. Joost en zijn vrouw Betske (die de bedrijfsadministratie voerde) hielden samen kantoor in het door hen gebouwde huis De Kikvors in Haaksbergen, maar het bedrijf was gevestigd in Hengelo. Eind jaren zeventig werd een stuk terrein aangekocht en begon de bouw van een nieuwe fabriek. Helaas overleed Joost tijdens de bouw op 24 maart 1980; hij werd 53 jaar oud.
JOTEM Waterbehandeling B.V. werd na het overlijden van Joost voortgezet door diens neef Jan Harm Jordaan (de zoon van Herman). In de 21e eeuw werd het bedrijf verkocht, maar het bloeit nog steeds onder de bezielende leiding van de directeuren Rob Borgerink en Carlo Kroeze in Vriezenveen. In december 2022 werd ‘Jotem Water Solutions’ door het businessmagazine TOM uitgeroepen tot de Beste Onderneming van Twente 2022. “We zijn geen traditioneel bedrijf. We streven naar bloei in plaats van groei, omdat we echt willen bijdragen aan oplossingen voor een goede toekomst, zoals het verwijderen van medicijnresten uit water. Want elke druppel telt”, aldus Kroeze. Een portret van oprichter Joost Jordaan heeft de verhuizing naar Vriezenveen meegemaakt en hangt sindsdien met ere in het kantoorgebouw.
